Vinden havisten en vwo’ers dat zij goed zijn in de exacte vakken?
Onderzoek, gebaseerd op data van 165.830 leerlingen, laat zien dat minder mannen door de jaren heen vinden dat ze goed zijn in exacte vakken!
Onderzoek van Qompas onder 165.830 scholieren laat een afname zien in het percentage mannelijke scholieren dat het eens is met de stelling 'Ik ben goed in de meeste exacte vakken'. Zien we verschillen in niveau of in de interesse om later iets met die vakken te doen? Lees verder voor het uitgebreide resultaat van het onderzoek!
Artikelen over het tekort aan technici en de impact daarvan op de samenleving zijn overal te vinden. Tegelijkertijd kiezen steeds minder technisch opgeleide professionals voor het beroep van leraar, wat het moeilijk maakt om goede docenten voor de exacte vakken te vinden. Ook zien we dat steeds minder scholieren kiezen voor een technisch profiel. Dit kan komen doordat er minder goede leraren voor de klas staan, waardoor scholieren niet geïnspireerd raken om ook voor de techniek te kiezen. Of doordat de wiskunde en natuurwetenschappelijke vaardigheden van scholieren achteruit zijn gegaan.
Wat vinden 165.000 leerlingen?
Sinds 2009 geven scholieren in onze profielkeuze-lesmethode aan in hoeverre zij het eens zijn met de stelling: 'Ik ben goed in de meeste exacte vakken'. Door de resultaten van 2009 tot 2024 te analyseren onderzochten we of scholieren zelf ook het idee hebben ze minder goed zijn in de exacte vakken. Zien wij in onze data een daling in hoe goed scholieren vinden dat ze zijn in de exacte vakken?
Over het algemeen zien we geen grote daling in het percentage scholieren dat het eens is met de stelling 'Ik ben goed in de meeste exacte vakken'. Als we dieper op de data ingaan zien we dat het percentage mannelijke scholieren dat vindt dat hij goed is in de exacte vakken afneemt met 5 procentpunt.
Wat vinden wij?
Jongeren zijn zelf dus niet veel negatiever geworden over hun eigen competenties in de exacte vakken op basis van hun onderbouwervaringen. Tegelijkertijd lijkt het met de interesse in de exacte vakken minder goed te gaan: opleidingen als Chemie (hbo) en Scheikunde (wo) ervaren een daling in de instroom. Ook in de technische/exacte lerarenopleidingen stromen te weinig jongeren in. Dit zegt dus meer over hun interesses, dan over hun competenties. Blijkbaar willen ze hun competenties niet per se inzetten in de bovenstaande opleidingen. Belangrijk dus om te draaien aan de 'interesse'-knop: hoe laten we de algemene interesse in exacte opleidingen en de techniek groeien? En hoe zorgen we ervoor dat jongeren de technische (leraren)opleidingen interessant gaan vinden. Want zonder groei in deze opleidingen, blijft het tekort op de arbeidsmarkt bestaan en leiden we te weinig goede docenten op waardoor het technische potentieel voor de toekomst niet toeneemt.
Benieuwd naar alle onderzoeksresultaten? Lees dan snel het onderzoek!
Dit onderzoek is onderdeel van onze 'Next Gen Studiekiezers'-rubriek, waarin we trends en inzichten van scholieren onderzoeken via databaseonderzoek.